Overzicht
Wat is de sluitspier van Oddi-disfunctie?
De spijsvertering, waarbij het lichaam het voedsel dat we eten omzet in de energie die we nodig hebben, is een complex proces. De lever, de pancreas en de sluitspier van Oddi spelen allemaal een belangrijke rol.
De lever levert een chemische stof genaamd gal aan het spijsverteringsproces en de alvleesklier levert pancreassap. Deze chemicaliën stromen naar de dunne darm om te helpen bij de spijsvertering. De stroom van deze chemicaliën wordt gecontroleerd door een spier die de sluitspier van Oddi wordt genoemd.
Een sluitspier is een spier (meestal rond) die kan openen en sluiten. Als het goed werkt, gaat de sluitspier van Oddi open om gal en pancreassap door te laten stromen, en sluit dan weer. Bij een aandoening die sfincter van Oddi-disfunctie wordt genoemd, gaat de sluitspier echter niet open wanneer dit zou moeten. Dit voorkomt dat de gal en het pancreassap doorstromen en zorgt voor een back-up van spijsverteringssappen. De back-up kan ernstige pijn in de buik veroorzaken.
Er zijn twee basistypen sfincter van Oddi-disfunctie:
- Galdisfunctie (de spijsverteringssappen stapelen zich op in de galwegen van de lever);
-
Pancreatitis (de back-up vindt plaats in de pancreas en de pancreas raakt ontstoken).
Er zijn ook drie categorieën van sfincter van Oddi-disfunctie:
- In categorie I en II kunnen artsen duidelijke aanwijzingen voor de disfunctie vinden, zoals abnormale bloedtestresultaten of, met een echografie, een verwijde (verwijde) galweg.
- In categorie III-disfunctie zijn er geen duidelijke laboratoriumbevindingen of afwijkingen, en het enige bewijs van de disfunctie is de buikpijn. Type III disfunctie is veel moeilijker te diagnosticeren. Recente onderzoeken suggereren dat deze symptomen mogelijk niet te wijten zijn aan spasmen van de sfincter van Oddi en dat ze niet reageren op behandeling met endoscopische retrograde cholangiopancreatografie (ERCP) en sfincterotomie.
Wie loopt het risico om sfincter van Oddi-disfunctie te ontwikkelen?
Mensen bij wie de galblaas is verwijderd, hebben de meeste kans om sfincter van Oddi-disfunctie te ontwikkelen. De procedure om de galblaas te verwijderen wordt cholecystectomie genoemd en de sfincter van Oddi-disfunctie wordt vaak ‘post-cholecystectomiesyndroom’ genoemd. Vrouwen van middelbare leeftijd lijken ook een verhoogd risico te lopen op de aandoening, hoewel artsen niet zeker weten waarom.
Symptomen en oorzaken
Wat zijn de symptomen van sfincter van Oddi-disfunctie?
De symptomen van sfincter van Oddi-disfunctie zijn onder meer:
- Buikpijn (het meest voorkomende symptoom)
- Misselijkheid
- braken
- Koorts
- Rillingen
- Diarree
Deze symptomen kunnen komen en gaan en kunnen de ene keer mild en de volgende keer ernstig zijn.
Diagnose en tests
Hoe wordt de sluitspier van Oddi-disfunctie gediagnosticeerd?
Wanneer een disfunctie van de sfincter van Oddi wordt vermoed, zal uw arts eerst controleren of de buikpijn wordt veroorzaakt door een andere aandoening. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat patiënten met buikpijn geen ernstige aandoeningen hebben, zoals kanker van de alvleesklier of galwegen, maagzweren of stenen in de kanalen die de gal uit de lever transporteren. In sommige gevallen kunnen zelfs hartaandoeningen zoals angina (pijn op de borst) of ischemie (het hart krijgt niet genoeg bloed) pijn veroorzaken die uit de buik lijkt te komen.
Het kan zijn dat uw arts de sluitspier van Oddi wil onderzoeken om te zien of deze normaal functioneert. Dit wordt gedaan met een procedure die sfincter van Oddi-manometrie wordt genoemd, waarbij de arts een klein plastic buisje in het pancreaskanaal of galkanaal in de buurt van de sluitspier van Oddi plaatst om te meten hoe goed het samentrekt en uitzet. Patiënten worden voor deze procedure onder sedatie geplaatst.
Beheer en behandeling
Hoe wordt de sfincter van Oddi-disfunctie behandeld?
Als de pijn niet te ernstig is, vooral bij moeilijk te diagnosticeren categorie III-patiënten, is medische behandeling meestal de eerste manier van handelen. Sommige patiënten kunnen verlichting krijgen door pijnstillers te gebruiken die voorkomen dat de sluitspier van Oddi spasmen krijgt.
Als de pijn hevig is en uit tests duidelijk is gebleken dat de pijn wordt veroorzaakt door een disfunctie van de sfincter van Oddi, kan uw arts u doorverwijzen voor een endoscopische procedure die sfincterotomie wordt genoemd. U wordt voor deze procedure ofwel verdoofd of onder narcose gebracht. Een chirurg zal een dun instrument in het gebied van de dunne darm brengen waar de sluitspier van Oddi zich bevindt en de spier doorsnijden. De chirurg zal er ook voor zorgen dat er geen stenen in de galblaas (als deze nog niet is verwijderd) of in de galwegen zijn.
In de meeste gevallen kan sfincterotomie een goede verlichting van de pijn en andere symptomen van de sfincter van Oddi-disfunctie teweegbrengen. Deze procedure wordt echter meestal pas geprobeerd nadat de medische behandeling heeft gefaald. Sphincterotomie is een moeilijke procedure met een vrij hoog risico op complicaties. Ongeveer 5% tot 15% van de patiënten heeft complicaties zoals een lichte ontsteking van de alvleesklier, maar in sommige gevallen zijn de complicaties ernstig en kunnen ze een lang ziekenhuisverblijf vereisen.
Discussion about this post